| Er is geen kopie gemaakt.
|
|
| Mogelijk is de invoerlade leeg.
|
|
|
| Mogelijk is het origineel niet goed geplaatst.
|
|
| Plaats het origineel met de korte zijde naar voren en de te scannen zijde naar boven in de automatische documentinvoer.
|
| Plaats het origineel met de afdrukzijde omlaag en met de linkerbovenhoek van het document in de rechteronderhoek van de glasplaat van de flatbedscanner.
|
|
|
|
| Mogelijk is de afsluitingsstrook niet van de printcartridge verwijderd.
|
|
| Verwijder de printcartridge uit het product, verwijder de afsluitstrook en plaats de printcartridge weer terug.
|
|
| Mogelijk is het origineel niet goed geplaatst.
|
|
| In de ADF plaatst u het origineel met de smalle kant richting de ADF en de te scannen zijde naar boven.
|
| Zorg dat het origineel met de afdrukzijde omlaag en met de linkerbovenhoek van het document in de rechteronderhoek van de glasplaat van de flatbedscanner is geplaatst.
|
|
| Mogelijk voldoet het afdrukmateriaal niet aan de specificaties van HP.
|
|
|
| De printcartridge is mogelijk defect.
|
|
|
| Het verkeerde origineel is gekopieerd.
|
|
| Mogelijk bevat de ADI een document.
|
|
| Controleer of de ADI leeg is.
|
|
| De kopieën worden verkleind.
|
|
| Het product is mogelijk ingesteld op het verkleinen van de gescande afbeelding.
|
|
| Druk op het bedieningspaneel op Verkl./vergroten en controleer of Origineel=100% is ingesteld.
|
|